De overheid dwingt ons om na te denken over energievriendelijkere manieren om te verwarmen. Bij nieuwbouwwoningen, die sowieso al heel goed moeten zijn geïsoleerd, is een warmtepomp vanaf 2026 verplicht. Ook bestaande woningen kunnen met behulp van een warmtepomp een stuk energievriendelijker worden gemaakt. Toch blijft het vaak nodig om na te denken over bijverwarming. Een elektrische kachel is dan een ideale keuze.
In de eerste plaats moeten we benadrukken dat een lucht-luchtwarmtepomp ook warmte uit de lucht haalt wanneer het buiten vriest. Een lucht-luchtwarmtepomp onttrekt warmte aan de omgeving wanneer een koelvloeistof overgaat van de vloeistoftoestand naar de gastoestand. Bij water gebeurt dit in principe bij een temperatuur van 100°C, hoewel de atmosferische druk ervoor kan zorgen dat dit al eerder gebeurt.
De specifiek gekozen koelvloeistof die in de lucht-luchtwarmtepompen zit, in combinatie met een compressor, zorgt ervoor dat er ook bij lage temperaturen naar een gastoestand wordt overgegaan. Zelfs bij temperaturen tot -15°C zal een warmtepomp nog steeds werken. Sommige lucht-luchtwarmtepompen werken zelfs nog bij temperaturen tot -25°C. Bij lagere temperaturen heb je echter een redmiddel nodig, bijvoorbeeld de elektrische kachels die je dan snel even van zolder haalt.
In ons land zijn dergelijke lage vriestemperaturen gelukkig heel zeldzaam en een warmtepomp zal in principe dan ook het hele jaar door werken. Toch komt het wel degelijk voor. In 2009 werd er in Diepenbeek bijvoorbeeld een temperatuur van minder dan -20°C gemeten. En in 1901 daalde de temperatuur in Stavelot zelfs tot -25°C. Het is dus niet uitgesloten dat de warmtepomp door vriestemperaturen niet langer functioneert, maar het is wel heel uitzonderlijk.
Hoewel een warmtepomp bij beperkte vriestemperaturen blijft werken, verbruikt het ook meer elektriciteit. De compressor heeft dan meer elektriciteit nodig om het drukverschil te overbruggen. Bij een temperatuur van -7°C verbruikt de compressor ongeveer dubbel zoveel energie als bij een temperatuur van 2°C. Het energetische voordeel gaat dan eigenlijk verloren, waardoor het heus niet zo erg is om in de richting van alternatieven te kijken.
Het is net omwille hiervan dat warmtepompen vaak met een elektrische weerstand worden gecombineerd. Ze beschikken dan over een ingebouwde elektrische bijverwarming. Op de koudste dagen van het jaar kan er dan toch aan de warmtevraag worden voldaan. Ook helpt het om piekmomenten te overbruggen. Als een ruimte bijvoorbeeld snel moet worden opgewarmd, kan de elektrische weerstand op de koudste dagen van het jaar bijspringen. Nadien moet de warmtepomp het overnemen en de ruimte op temperatuur houden. Ook bij de productie van warm water is zo'n elektrische weerstand een must. Het water moet namelijk minstens kortstondig tot op 60°C kunnen worden verwarmd om legionella te voorkomen.
Als er geen elektrische weerstandsverwarming in de warmtepomp is geplaatst, is het raadzaam om zelf een of meerdere elektrische kachels aan te schaffen. Met een elektrische kachel breng je de ruimte dan snel op temperatuur en heb je de zekerheid dat je bij extreem koude temperaturen toch over verwarming beschikt. In combinatie met een energiecontract voor groene energie en zonnepanelen op het dak blijft de ecologische impact beperkt.
Elektrische kachels zijn in vrijwel alle prijsklassen te verkrijgen, maar moeten voldoende capaciteit hebben om de ruimte te verwarmen. Als bijverwarming is onder andere infraroodverwarming een goede keuze. Ook keramische kachels, die qua uitzicht niet veel verschillen van de klassieke elektrische kachels, zijn zeker het overwegen waard.
Nog geen comment.
Maak een comment