Luchtdicht bouwen: hoe praktisch aanpakken?

Luchtdicht bouwen: hoe praktisch aanpakken?

Waarom wil men eigenlijk luchtdicht bouwen? Is het niet beter om een "ademend gebouw" te hebben? Het misschien goed om met deze vraag te beginnen. Op de onderstaande tekening zien we in het geel de thermische isolatie. Deze moet ononderbroken aangebracht worden en het volume ingesloten door de isolatie noemt men het beschermd volume. Om een gebouw luchtdicht te maken moet liefst aan de binnenkant van de isolatie laag een ononderbroken luchtdichte laag worden aangebracht.

Wanneer men het heeft over een ademend gebouw zal er geen luchtdichte schil zijn en zullen er overal spleten en kiertjes in het gebouw zitten. Via deze spleetjes en kiertjes komt er koude lucht binnen en of ontsnapt er warme lucht. Dit zorgt dus voor een energieverlies en op de plaats van de spleetjes en kieren zal de muur ook kouder zijn. Als vochtige lucht uit de badkamer of keuken in aanraking komt met deze koudere plekken kan het vocht neerslaan en kan men vocht problemen krijgen. Hierdoor kunnen er schimmels gevormd worden die niet altijd meteen zichtbaar zijn en zowel schadelijk voor de bewoners als voor het gebouw zijn. Ademende gebouwen zorgen dus voor een groter energieverlies en zorgen er ook voor dat er gemakkelijker vocht problemen optreden.

Er moet natuurlijk wel verse lucht voorzien worden in het gebouw. Het mooie van een luchtdicht gebouw is nu dat men perfect kan controleren hoeveel lucht er binnen komt en buiten gaat. Zo kan men er voor zorgen dat er steeds voldoende verse lucht wordt aangevoerd en vermijdt men dat teveel opgewarmde lucht naar buiten verloren gaat.

Luchtdichtheid meten

Luchtdichtheid wordt gemeten met een blowerdoortest. Hierbij wordt een grote ventilator in de voordeur geplaatst die voor een drukverschil van 50Pa tussen de binnen en de buitenkant van de woning zorgt. Tijdens een blowerdoortest wordt de n50 waarde gemeten en deze geeft aan hoeveel keer het interne volume van het gebouw gewisseld wordt. Uit de n50 waarde kan de v50 waarde (eenheid m³/uur/m²) worden afgeleid die uiteindelijk in de EPB-berekening wordt ingevuld. Laten we als voorbeeld een huis nemen met de volgende eigenschappen:

  • Beschermd volume = 700 m³
  • Verliesoppervlakte = 480 m², het verliesoppervlak is de volledige geïsoleerde buitenschil (buitenmuren, ramen, deuren, daken, vloer).

Stel dat de blowerdoortest nu een lekdebiet van 1600 m³/uur meet. Dit wilt zeggen dat er bij een drukverschil van 50Pa 1600 m³ lucht per uur naar buiten toe lekt. Dan krijgen we:

  • n50 = 1600/700 = 2.29 ACH (= air changes per hour)
  • v50 = 1600/480 = 3.33 m³/u/m²

Voor een lage energie woning moet men richten op een n50 waarde onder de 2ACH. Als er ook nog een ventilatiesysteem D aanwezig is moet men richten op 1ACH en voor passiefhuizen moet de n50 waarde onder de 0.6ACH liggen.

Praktische tips

De blowerdoortest kan best worden uitgevoerd voor de definitieve oplevering van het gebouw zodat er nog kleine aanpassingen kunnen uitgevoerd worden. Let er wel op dat alle technieken zoals verwarming, ventilatie, elektriciteit, ... geplaatst moeten zijn. Voordat de blowerdoortest kan uitgevoerd worden, moeten de volgende gegevens bij de architect of EPB-verslaggever opgevraagd worden en doorgegeven aan de uitvoerder van de blowerdoortest:

  • Beschermd volume in m³
  • Netto vloer oppervlakte in m² (exclusief buitenmuren)
  • Verliesoppervlakte in m²

Thermische camera

Door de blowerdoor te gebruiken om een onderuk in het gebouw te creëren wordt koude lucht van buiten naar binnen gezogen. Als er dan met een thermische camera een rondgang in het gebouw gemaakt wordt, zal men heel snel zien waar de lekken zitten. Om dit goed te laten werken moet er wel een temperatuursverschil van minsten 10°C zijn tussen binnen en buiten. De verwarming moet dus binnen opstaan en de test kan best in de voormiddag gebeuren als het buiten nog kouder is.

Hoe luchtdicht bouwen?

Problemen met luchtdichtheid zullen zich vooral situeren in de aansluitpunten tussen verschillende delen van het gebouw zoals de aansluiting tussen muur en vloer, tussen muur en dak, tussen muur en ramen. Deze punten noemt men ook wel de bouwknopen. Het is belangrijk dat men goed nadenkt hoe men deze bouwknopen zal uitwerken voordat men aan de bouw begint. Anders zal men ter plaatse een oplossing moeten uitvinden om de verbinding te voorzien en dit zal dikwijls leiden tot niet luchtdichte aansluitingen. De architect moet deze bouwknopen gedetailleerd uittekenen en met de aannemer overlopen zodat ook deze goed weet hoe alles moet uitgevoerd worden. Het is belangrijk dat alle betrokken partijen (architect, aannemer, elektricien, ...) goed op de hoogte zijn van de ambities wat luchtdichtheid betreft. De aannemer kan er bijvoorbeeld alles aan doen om een lucht dichte schil te creëren, maar dit kan allemaal teniet worden gedaan door de elektricien als deze zonder na te denken enkele gaten boort op de verkeerde plaats. Hieronder bespreken we enkele cruciale punten en hoe ze best uit te voeren.

1. Raamaansluiting

Normaal is de pleisterlaag op de muur de luchtdichte laag en deze zou dus goed moeten aansluiten op het raamprofiel. Als men gewoon de pleister tot tegen het raamkader aanbrengt, zal dit nooit luchtdicht zijn uitgevoerd. Pleisterwerk kan immers geen spanning opvangen en dit zal snel leiden tot scheurtjes in de pleister wat de luchtdichtheid teniet zal doen. Er zijn verschillende manieren om dit wel goed op te lossen. Er kan gewerkt worden met een stopprofiel. Dit is eigenlijk een elastische voeg die aangebracht wordt tussen het raamprofiel en de pleister en allerlei spanningen kan opvangen zonder dat er scheurtjes ontstaan. Een tweede oplossing is het aanbrengen van een afdichtingsmembraam dat langs één kant op het raamprofiel wordt gekleefd en een wapeningsgaas dat langs de andere kant in de pleister wordt verwerkt. De volgende video toont beide oplossingen:


Het Soudal Window System bied een heel gamma aan producten om raamaansluitingen lucht dicht te maken:


Luchtdichte raamaansluiting houtskeletbouw:


2. Funderingsaanzet

De funderingsaanzet is de eerste bouwsteen die bovenop de betonen vloerplaat staat. De twee luchtdichte lagen die hier op elkaar moeten aangesloten worden zijn de buitenmuur, waarbij de luchtdichtheid wordt voorzien door de pleisterlaag, en de betonen vloerplaat die op zichzelf luchtdicht is. Er kan hier best gewerkt worden met een luchtdichte folie die langs onder op de vloerplaat wordt gekleefd. Aan de bovenkant van de folie zit er een wapeningsgaas dat in de pleister wordt verwerkt en zo wordt er een luchtdichte aansluiting voorzien. Om dit goed uit te voeren moet men erop letten dat de vloerplaat proper is als de folie erop wordt gekleefd en dat de folie niet wordt beschadigd bij de verdere afwerking van de vloer.

In een houtskeletbouw gebruikt men hetzelfde principe, maar hier wordt de luchtdichtheid van de muur niet gewaarborgd door de pleister, maar door een OSB plaat. Men kan dus de luchtdichte folie kleven zowel op de vloerplaat als op de OSB plaat. Onderstaande video toont beide situaties:

3. Hellend dak

Eerst en vooral is er de aansluiting tussen het hellend dak en de opgaande muren. Deze aansluiting kan luchtdicht worden uitgevoerd doormiddel van een folie die langs één kant aan de dampremmende luchtdichte folie in het hellend dak wordt gekleefd en langs de andere kant in de pleister wordt verwerkt. Meer uitleg in onderstaande video:


Verder is het ook zeer belangrijk dat het hellend dak zelf luchtdicht is uitgevoerd. Dit kan men doen door met een luchtdichte dampremmende folie in het hellend dak te werken, maar men kan ook werken met luchtdichte OSB platen. Als deze aan de binnenkant van de houten kepers worden aangebracht moet men erop letten dat de platen luchtdicht op elkaar zijn aangesloten. Dit kan men best doen door met een gekleefde tand -en groefverbinding te werken waarvan de naden luchtdicht worden afgekleefd. Indien de OSB platen bovenop de kepers worden geplaatst moet men ervoor zorgen dat de naden langs de buitenzijde luchtdicht worden afgeplakt. Bovenop de OSB platen komt dan de isolatielaag.

In onderstaande video zien we hoe een hellend dak luchtdicht kan uitgevoerd worden:

4. Doorboringen

Men moet voorzichtig zijn met doorboringen van de luchtdichte schil en deze zoveel mogelijk proberen te beperken. Zo kan men er al voor zorgen dat de elektriciteit binnen het beschermd volume wordt aangebracht zodat er voor elektrische leidingen alvast geen gaten moeten geboord worden in de luchtdichte schil. Er zijn natuurlijk altijd situaties waarin men wel gaten moet voorzien in de luchtdichte schil, zoals bij de plaatsing van de ventilatie doorvoeren. Deze moeten dan geplaatst worden samen met de luchtdichte schil en met elkaar verlijmd worden via een flexibele folie of mof zoals we zien in onderstaande video:

5. Werken met luchtdichte polymeerpasta

In sommige gevallen zijn tapes en folies minder aangewezen zoals bijvoorbeeld bij stoffige oppervlaktes die moeilijk hechten. In die gevallen kan er ook gebruik gemaakt worden van een watergedragen polymeerpasta. Na drogen vormt deze pasta een naadloze lucht- en dampdichte coating. Meer info hierover vind je in volgende filmpjes:


6. Verdere aandachtspunten

  • Opengaande ramen: let erop dat de aansluitpunten van de ramen luchtdicht zijn ontworpen.
  • Buitendeuren en kelderdeur: onder de deur is er altijd een spleet aanwezig die voor een slechtere luchtdichtheid zal zorgen. Dit kan men enkel oplossen door met een onderregelaar te werken, maar dan moet men altijd ergens "over" stappen als men binnen komt.
  • Brievenbussen: men hangt best een brievenbus buiten de luchtdichte schil van het gebouw. Een spleet van binnen naar buiten waar de post door kan zal er voor zorgen dat het gebouw heel slecht presteert bij een blowerdoortest.
  • Rolluikkasten.
  • Zolderluik: als de zolder buiten het beschermd volume ligt moet men erop letten dat het zolderluik luchtdicht is uitgevoerd.
  • Dampkap: let erop dat de dampkap een terugslag klep heeft zodat er wel lucht naar buiten kan, maar geen koude lucht naar binnen kan als de dampkap niet aanstaat.


Comments

Nog geen comment.

Maak een comment